top of page
  • 15 mrt 2024
  • 2 minuten om te lezen

Bijgewerkt op: 28 mrt 2024


Bij de vernieuwingswerken van de Paul Van Ostaijensite legt stad Leuven een BEO-veld aan. Via boringen in de achtertuin zal de stad in de toekomst warmte en koeling halen uit de grond. Op die manier draagt de stad via haar eigen gebouwen en sites bij aan de ambitie om klimaatneutraal te bouwen en verbouwen.


In onze stadsgebouwen zoeken we mee naar manieren om de CO2-uitstoot in Leuven te verkleinen. Hier op de Paul Van Ostaijensite was er een unieke kans om in de achterliggende tuin een BEO-veld aan te leggen. We kunnen het gebouw in de toekomst verwarmen en verkoelen met de energie die we onttrekken aan de bodem. Dat is heel energiezuinig, wat goed is voor het milieu en onze portefeuille”, zegt schepen van openbare gebouwen Lalynn Wadera.

“Meer dan de helft van de CO2-uitstoot in onze stad is afkomstig van gebouwen. Het grootste aandeel ervan is afkomstig van verwarming, waarvoor we immers vaak nog fossiele brandstoffen gebruiken. Om als stad klimaatneutraal te worden, moeten gebouwen dus massaal energiezuiniger worden en voorzien worden van duurzame energie. Precies omdat er op dit vlak nog veel klimaatwinst te boeken valt, is het een belangrijk onderdeel van ons Klimaatcontract waarmee we versneld klimaatneutraal willen worden”, vertelt schepen van klimaat en duurzaamheid David Dessers. “Als stad geven we het goede voorbeeld door onze eigen gebouwen te voorzien van hernieuwbare energie, zoals hier aan de Paul Van Ostaijensite. ​ In onze stad is er bijvoorbeeld al een BEO-veld op de Hertogensite en op verschillende plekken bereiden we de aanleg ervan voor.”

Met dit BEO-veld zal de stad jaarlijks bijna vijf ton CO2 besparen, wat overeenkomt met de uitstoot van vijf vliegtuigreizen van Parijs naar New York.


BEO-veld​

Een BEO-veld werkt redelijk eenvoudig. Via boringen komen er leidingen met een speciale vloeistof in de grond. Tijdens de zomer onttrekken deze leidingen koude uit de ondergrond om het gebouw te koelen. Hierdoor warmt de grond op. Met behulp van een warmtepomp wordt deze warmte in de winter gebruikt om het gebouw te verwarmen. “Om de gebouwen aan de Paul Van Ostaijensite te verwarmen en te verkoelen, berekenden we dat we 72 boringen van 53 meter diep nodig hebben en 2 warmtepompen die de energie uit de bodem op geschikte temperatuur brengen om het gebouw te koelen of te verwarmen”, zegt Wies Van Humbeeck, projectleider bij Artes Roegiers.


Andere ingrepen​

Naast de aanleg van een BEO-veld, doet de stad nog andere ingrepen om het vernieuwde gebouw klimaatvriendelijker te maken. Dankzij een goede isolatie van de buitenschil en zonnepanelen wordt het gebouw nog energiezuiniger. Daarnaast gaven de ontwerpers veel aandacht aan de akoestiek van het gebouw, waardoor het lawaai van buiten niet binnen komt. Omgekeerd zal de buurt ook geen geluidsoverlast hebben. Tot slot zal regenwater zo veel mogelijk binnen hergebruikt worden en de rest zal infiltreren in de grond.

Naast grote klimaatvriendelijke initiatieven is er in het gebouw ook ruimte gemaakt voor kleine ingrepen. Zo komen er in de op cruciale plaatsen nestgelegenheden voor gierzwaluwen en vleermuizen.


Elders​

Een BEO-veld aanleggen is niet altijd evident omdat er voldoende mogelijkheid en ruimte moet zijn onder of rondom het gebouw. De stad plant naast dit BEO-veld ook nog eentje aan het kasteeltje in het Heuvelhofpark. De aanleg daarvan is gepland voor het najaar van 2025.

 
 
 

Stad Leuven is sinds 2019 eigenaar van de Scheutsite in Kessel-Lo. De stad besloot het Missiehuis op de site ter beschikking te stellen van partners die er verbindend en innovatief onderwijs aanbieden. Eind augustus 2023 ging AG Stadsontwikkeling Leuven op vraag van de stad daarnaar op zoek. De MET vzw en KieM kwamen als meest geschikte partners uit de bus. Zij zullen er samen innovatief onderwijs aanbieden.


De voorbije jaren konden Leuvense verenigingen en organisaties die op zoek waren naar lokalen, testen of de Scheutsite voor hen geschikt was. Vorig jaar zette de stad met een erfpachtregeling de stap naar een definitieve invulling voor het Missiehuis, het gebouw waar vroeger de paters verbleven. “In opdracht van de stad lanceerde AG Stadsontwikkeling Leuven, als vastgoedbeheerder van de stad, in de zomer van vorig jaar een oproep naar onderwijs en socio-culturele organisaties om zich kandidaat te stellen om het gebouw voor 50 jaar in erfpacht te nemen. We gingen op zoek naar onderwijsinstellingen die vernieuwend onderwijs, gemeenschapsbevordering, cultuur- en natuurbeleving wilden samenbrengen, samen met eventuele partners”, licht Lies Corneillie, voorzitter van AG Stadsontwikkeling Leuven, toe. De formule van erfpacht betekent dat de stad eigenaar blijft en dat de gebruikers het gebouw gedurende 50 jaar kunnen gebruiken, beheren en vernieuwen in functie van hun noden. 


De voorstellen van De MET en KieM kwamen als meest geschikt uit de bus. "De twee scholen zitten al van bij het begin van de tijdelijke invulling op de site. In die periode hebben ze veel geleerd over de kansen van het gebouw, de samenwerking met de buurt en met andere organisaties. Ze weten intussen ook heel goed in welke stukken het heel fijn is om te spelen en welke stukken natuur ze best niet gebruiken omdat ze heel waardevol zijn", zegt schepen van stadsgebouwen Lalynn Wadera. "In mijn rol als onderwijsschepen ben ik ook blij dat deze scholen nu een vaste plek in de stad krijgen. De scholen hanteren dezelfde leerdoelen als andere scholen, ze zijn uniek in hun innovatieve aanpak. Zo zijn zij een rijke aanvulling op de andere scholen in de stad."


De MET werkt met methodieken waarin de leerlingen heel zelfstandig aan de slag gaan met een coach. KieM biedt montessorionderwijs aan waarin leren in de natuurlijke omgeving centraal staat. "Met deze twee scholen aan boord komen we nog dichter bij een Leuvens onderwijsaanbod op maat van elk kind en elke jongere", aldus Wadera.

“De MET en KieM zijn ontzettend blij met dit nieuws want dit betekent dat we nu een vaste stek hebben in Leuven. Dit is een opsteker voor de 350 leerlingen en 40 personeelsleden van De MET en KieM”, aldus Elke Geuens, zakelijk leider van DE MET.


Vervolg​

De erfpacht gaat in vanaf 1 mei 2024 voor een periode van 50 jaar. De organisaties die momenteel gebruikmaken van de ruimtes in het Missiehuis kunnen dat blijven doen tot 31 augustus 2025. Door een gedeeld gebruik van de ruimtes is dat geen probleem. Nadien zal de erfpachter het gebouw renoveren. Op korte termijn zullen de scholen ook al enkele ingrepen doen om het gebouw te verduurzamen. Net zoals vandaag zullen socio-culturele organisaties buiten de schooluren gebruik kunnen maken van enkele ruimtes. Verder zullen de nieuwe bewoners het Missiehuis moeten beheren alsof het hun eigen gebouw is. Ze moeten het onderhouden en renoveren. Omdat de natuur op de site heel waardevol is, engageert de erfpachter zich ook om die te respecteren en te beschermen.


Erfpacht

“De formule van erfpacht impliceert dat we als stad het gebouw niet zelf ontwikkelen, maar hiervoor op zoek zijn gegaan naar een organisatie of collectief van organisaties. We zijn er immers van overtuigd dat er heel wat organisaties zijn met goede ideeën en concrete noden. Op die manier geven we letterlijk en figuurlijk ruimte aan het middenveld. Door zelf eigenaar te blijven kunnen we bovendien mee de prijzen en invulling sturen. We hebben dat in het verleden ook al gedaan voor onder meer de site van De Bron en de Boomgaard in Kessel-Lo", vult Lies Corneillie aan.


De Scheutsite herbergt niet alleen het Missiehuis, het gebouw van de paters, maar ook het gebouw van de zusters. Dat gebouw blijft in beheer van de stad en zal grondig gerenoveerd worden. Nadien zal het ingezet worden voor tijdelijke woonvormen en socio-culturele verenigingen.

 
 
 

Bijgewerkt op: 28 mrt 2024

Na een feestelijk ontvangst door acrobaten van Cirkus in Beweging, is vanmiddag op de Paul van Ostaijensite de eerste steen gelegd van een CO2-neutrale nieuwbouw. Het gebouw zal grenzen aan het Victor Broosgebouw, dat momenteel een energetische totaalrenovatie krijgt. In het nieuwe complex zullen onder andere SLAC Academie en Conservatorium en de circusschool van Cirkus in Beweging huizen. ​


“Voor veel Leuvenaars is de Paul van Ostaijensite pure nostalgie. Zeker voor wie ooit een cursus volgde bij SLAC of Cirkus in Beweging, is het voorste gebouw met de iconische kapelzaal van het Victor Broosgebouw welbekend. Erachter stond tot enkele maanden geleden het Guido Gezellehuis. Dat deed tot eind 2021 dienst als studentenresidentie, en vorig jaar hebben we er nog Oekraïense vluchtelingen in opgevangen. Het gebouw werd intussen helemaal afgebroken en maakt nu plaats voor een CO2-neutrale nieuwbouw. Vandaag leggen we daar met trots de symbolische eerste steen voor”, vertelt schepen van stadsgebouwen Lalynn Wadera, enthousiast.


Bruisende plek ​ ​In de nieuwbouw komt een kleine oefenzaal voor Cirkus in Beweging, een grote polyvalente zaal, een ontmoetings- en ontvangstruimte en negen lesruimtes voor SLAC Conservatorium. Daarnaast zullen ook de naburige scholen MATADI Buo en MATADI Bao lessen lichamelijke opvoeding kunnen geven in de nieuwe sportzaal. ​


“We vinden het belangrijk dat dit gebouw doorheen de hele dag en week kan bruisen van activiteiten. Door de flexibele indelingen en gedeelde ruimtes in het gebouw, zullen ook andere personen, verenigingen of organisaties gebruik kunnen maken van de infrastructuur. Het gebouw zal zich dus aanpassen aan het ritme van het gebruik, van doordeweekse lessen tot een eindejaarsoptreden”, zegt schepen Wadera. ​


In het gerenoveerde Broosgebouw zullen vooral kunstateliers gehuisvest worden. De voormalige kapelzaal wordt omgevormd tot podiumkunstenzaal, met een nieuw podium en een tribune.

Energiezuinig ​

​Bij het ontwerp eiste de stad dat het nieuwe complex CO2-neutraal zou worden in het kader van haar ambitie om een klimaatneutrale stad te worden. “De energiecrisis maakt extra duidelijk dat we de juiste keuze hebben gemaakt. De nieuwbouw en het bestaande gerenoveerde gedeelte zullen hun energie vooral uit de zon en de grond halen met zonnepanelen op het nieuwe gedeelte en een BEO-veld onder het grasveld in het Paul Van Ostaijenpark”, zegt schepen Wadera. ​


“Bij een BEO-veld boren we tot op grote diepte in de bodem om daar warmte of koelte te onttrekken. Met een warmtepomp voeren we het rendement daarna verder op. En de elektriciteit die daarvoor nodig is, wekken we dan weer deels op met zonnepanelen”, verduidelijkt architect Thomas Delauré van LAVA architecten uit Leuven. ​


Erfgoedwaarde behouden ​ ​Niet alleen de nieuwbouw wordt dus heel energiezuinig, ook het Broosgebouw krijgt een volledige upgrade. “Het bestaande gebouw wordt volledig gerestaureerd met respect voor de erfgoeddetails en de nieuwbouw zal er perfect op aansluiten qua vorm”, zegt architect Thomas Delauré. “Om de noodzakelijke zonnepanelen minder zichtbaar te maken, zullen ze de zwarte en oranje kleur van de dakpannen krijgen. Zo blijft het oorspronkelijk uitzicht van het Broosgebouw bestaan. En om het energieverlies te beperken zonder aan de originele ramen van de kapel te raken, komt er een extra isolerende beglazing achter de gekleurde glasramen.” ​

September 2024 ​

​De werken zullen ongeveer nog een jaar in beslag nemen. “Als alles vlot en volgens plan verloopt, dan kunnen we in september 2024 Leuvenaars hier uitnodigen. Vanaf dan staat het gebouw terug open voor een dans, -muziek of tekenles, en wie weet, een eerste grote voorstelling in de vernieuwde kapelzaal”, besluit schepen Wadera.


 
 
 

© 2023 door Lalynn Wadera.

  • Facebook
  • Instagram
  • LinkedIn - grijze cirkel
  • YouTube
  • Twitter
bottom of page